Labyrint-Ari[07f]
— J. Chr. de Vries
Ik loop naar de deuropening met het groene licht, om zeker te zijn dat ik ongestoord kan rondneuzen. Ik kijk de hal een tijdje in, maar ik zie nog steeds geen enkel teken van leven. Er komt niemand uit de liften, ik hoor geen onrustbarende geluiden. Ik loop naar de tafel met de computer en het geheimzinnige kleine apparaat met de sleuf. Ik pak een plastic kaartje en stop het in de sleuf. Na ongeveer een seconde slikt het apparaat het kaartje helemaal naar binnen. De computer begint nu harder te zoemen, het kastje begint te ratelen, en na ongeveer dertig seconden spuwt het kastje het plastic kaartje weer uit. Ik bestudeer het kaartje en zie dat er iets is veranderd, er staat nu een getal op van vier cijfers: ‘5153’. Zou dat de pincode zijn om die wagons mee te openen? Dat is het proberen waard!
Wanneer is de ‘groene kamer’ uitloop zie ik tot mijn schrik aan de andere kant van de hal een androïde naar de lift stappen. Ik verschuil mij meteen weer in de kamer, en kijk behoedzaam met mijn hoofd om de deur hoe hij de lift instapt. Gelukkig heeft hij geen oog voor deze ruimte. Dat wordt oppassen geblazen, kennelijk zijn er toch rondlopende bots hier. Die lift kan ik voor nu beter uitstellen, ik wilde sowieso eerst kijken of ik die wagons kan openen.
Ik loop snel de kamer uit in de richting van de perrons, ervoor zorgend dat ik meteen ergens achter kan duiken als er een bot tevoorschijn komt. Zonder iemand tegen te komen kom ik bij de perrons. Die zien er verlaten uit.
